
Wet gewetensbezwaren militaire dienst
Artikel 37
1
De rechtbank beslist uiterlijk op de veertiende dag na afloop van de behandeling van het beroep in een schriftelijke, met redenen omklede, uitspraak.
2
De voorlezing van de uitspraak in beroep geschiedt in het openbaar en de uitspraak wordt de gestrafte uitgereikt of toegezonden. Een afschrift van de uitspraak wordt toegezonden aan degene die de straf in eerste aanleg heeft opgelegd en aan Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.
3
De rechtbank bevestigt in beroep de beslissing in eerste aanleg tot oplegging of uitvoerbaarverklaring van straf of vernietigt deze geheel of gedeeltelijk en doet de zaak zelf af.
4
Indien bij de beslissing in beroep een reeds geheel of gedeeltelijk ten uitvoer gelegde straf van verlenging van de duur van de vervangende dienst in gewone omstandigheden wordt tenietgedaan of verminderd, bepaalt de rechtbank, volgens bij algemene maatregel van bestuur te stellen regelen, op welke wijze het door de gestrafte geleden nadeel zal worden hersteld.
5
Tegen de beslissing van de rechtbank staat geen verdere voorziening open.
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
- Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.